Ik zit in de zetel, de ramen open, de zon tekent een laatste streep op mijn lijf.
De kussens zacht en jij rommelt de lintjesschuif uit. Ik kijk naar jou en vraag me af hoe ik je wist te strikken.
Het vooruitzicht dat we straks gaan koken. Boodschappen in de ijskast en geen erna-plan. Geen haast dus, geen “snel, snel want het is al acht uur” ook geen rommel die nog voor bezoek…geen erna plan. Erna zien we wel, erna doen we niks, erna. De tuin duwt frisse lucht binnen en ik adem.
Ik denk dat ik een boek ga lezen hier in dit warme nest. Dat zou ik kunnen doen. Alleen dat vind ik al het beste. Er zijn zoveel mogelijkheden als vroeger in de tuin. Waar alles kon in het groen en het gras hoewel er voor de rest niets was. De fantasie als gids, je lijf als volgzame toerist. Vanavond kan echt alles dus. En ik doe lekker niks.
Hoe zou vervelen ook weer voelen? Het lijkt zo ver weg. Toen vond ik het verschrikkelijk en nu lijkt het me niet zo slecht. Niet weten wat te doen, alle lijstjes afgevinkt. Een zee zonder wind, de meeuwen niet thuis.
Dat het goed is hier, straks doe ik mijn lelijke joggingbroek aan. Ze komt net boven mijn knie, ze blinkt een beetje, ze heeft twee witte strepen aan elke zij. Ik draag geen bh maar wel een vormeloze t-shirt en ik dans toertjes in het rond. Ik spring op bed en ik maak een kamp met kussens. Ik kijk hersenloze tv, ik woel met mijn blote voeten in het hoogpolige tapijt.
Dat zou ik kunnen doen.
Goed. Thuis.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten